Skip to main content

Auteur: 50221

Cultuurbeleid

De Noordelijke Rekenkamer publiceert in 2008 de resultaten van haar onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het cultuurbeleid van de drie noordelijke provincies. De onderzoeksresultaten zijn in drie afzonderlijke rapporten weergegeven. De Rekenkamer heeft onderzoek gedaan naar alle door de provincies in 2006 verstrekte cultuursubsidies op het gebied van musea, podiumkunsten en festivals.
De Rekenkamer heeft de vraag voorgelegd wat de gesubsidieerde culturele activiteiten opleveren en wat deze activiteiten bijdragen aan het bereiken van de provinciale doelen op dit culturele beleidsterrein. Alle drie provincies blijken onvoldoende gegevens te hebben om deze vragen te kunnen beantwoorden.

Toerisme en recreatie in de noordelijke provincies

Op 21 februari 2008 heeft de Noordelijke Rekenkamer per provincie een rapport gepubliceerd. De toeristische recreatieve sector draagt in belangrijke mate bij aan de economische bedrijvigheid. Tegelijkertijd kan toerisme en recreatie een inbreuk betekenen op natuurwaarden en legt het beslag op de ruimtelijke omgeving. Deze spanning kan de provincie voor een dilemma plaatsen, aangezien zij op elk van die beleidsterreinen doelstellingen heeft geformuleerd.
Met dit onderzoek beantwoordt de Noordelijke Rekenkamer de vraag of de provincies erin slagen gelijktijdig invulling te geven aan de ontwikkeling van toerisme en recreatie en aan de gebiedsspecifieke ruimtelijke kwaliteit die de provincie nastreeft.

Toerisme en recreatie in de noordelijke provincies – Groningen

De toeristische recreatieve sector draagt in belangrijke mate bij aan de economische bedrijvigheid. Tegelijkertijd kan toerisme en recreatie een inbreuk betekenen op natuurwaarden en legt het beslag op de ruimtelijke omgeving. Deze spanning kan de provincie voor een dilemma plaatsen, aangezien zij op elk van die beleidsterreinen doelstellingen heeft geformuleerd.
Met dit onderzoek beantwoordt de Noordelijke Rekenkamer de vraag of de provincies erin slagen gelijktijdig invulling te geven aan de ontwikkeling van toerisme en recreatie en aan de gebiedsspecifieke ruimtelijke kwaliteit die de provincie nastreeft.

Toerisme en recreatie in de noordelijke provincies (rapport van bevindingen)

De toeristische recreatieve sector draagt in belangrijke mate bij aan de economische bedrijvigheid. Tegelijkertijd kan toerisme en recreatie een inbreuk betekenen op natuurwaarden en legt het beslag op de ruimtelijke omgeving. Deze spanning kan de provincie voor een dilemma plaatsen, aangezien zij op elk van die beleidsterreinen doelstellingen heeft geformuleerd.
Met dit onderzoek beantwoordt de Noordelijke Rekenkamer de vraag of de provincies erin slagen gelijktijdig invulling te geven aan de ontwikkeling van toerisme en recreatie en aan de gebiedsspecifieke ruimtelijke kwaliteit die de provincie nastreeft.

Toerisme en recreatie in de noordelijke provincies – Groningen

De toeristische recreatieve sector draagt in belangrijke mate bij aan de economische bedrijvigheid. Tegelijkertijd kan toerisme en recreatie een inbreuk betekenen op natuurwaarden en legt het beslag op de ruimtelijke omgeving. Deze spanning kan de provincie voor een dilemma plaatsen, aangezien zij op elk van die beleidsterreinen doelstellingen heeft geformuleerd.
Met dit onderzoek beantwoordt de Noordelijke Rekenkamer de vraag of de provincies erin slagen gelijktijdig invulling te geven aan de ontwikkeling van toerisme en recreatie en aan de gebiedsspecifieke ruimtelijke kwaliteit die de provincie nastreeft.

Toerisme en recreatie in de noordelijke provincies – Fryslân

De toeristische recreatieve sector draagt in belangrijke mate bij aan de economische bedrijvigheid. Tegelijkertijd kan toerisme en recreatie een inbreuk betekenen op natuurwaarden en legt het beslag op de ruimtelijke omgeving. Deze spanning kan de provincie voor een dilemma plaatsen, aangezien zij op elk van die beleidsterreinen doelstellingen heeft geformuleerd.
Met dit onderzoek beantwoordt de Noordelijke Rekenkamer de vraag of de provincies erin slagen gelijktijdig invulling te geven aan de ontwikkeling van toerisme en recreatie en aan de gebiedsspecifieke ruimtelijke kwaliteit die de provincie nastreeft.

Mobiliteit in Noord-Nederland – Fryslan

De Noordelijke Rekenkamer publiceert in 2007 de resultaten van haar onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het mobiliteitsbeleid van de provincies. De Rekenkamer concludeert dat zowel de provincie Drenthe, als Fryslân en Groningen meer de regie zouden kunnen voeren op het verkeer en vervoer. Aan de andere kant heeft de Rekenkamer waardering voor het integrale kader waarin de drie provincies het mobiliteitsbeleid plaatsen.
Per provincie benoemt de Noordelijke Rekenkamer positieve elementen in het gevoerde beleid maar plaatst kanttekeningen bij andere elementen van het gevoerde beleid. De algemene conclusie is dat doeltreffendheid en doelmatigheid niet kunnen worden vastgesteld.

Mobiliteit in Noord-Nederland – Drenthe

De Noordelijke Rekenkamer publiceert in 2007 de resultaten van haar onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het mobiliteitsbeleid van de provincies. De Rekenkamer concludeert dat zowel de provincie Drenthe, als Fryslân en Groningen meer de regie zouden kunnen voeren op het verkeer en vervoer. Aan de andere kant heeft de Rekenkamer waardering voor het integrale kader waarin de drie provincies het mobiliteitsbeleid plaatsen.
Per provincie benoemt de Noordelijke Rekenkamer positieve elementen in het gevoerde beleid maar plaatst kanttekeningen bij andere elementen van het gevoerde beleid. De algemene conclusie is dat doeltreffendheid en doelmatigheid niet kunnen worden vastgesteld.

Mobiliteit in Noord-Nederland – Groningen

De Noordelijke Rekenkamer publiceert in 2007 de resultaten van haar onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het mobiliteitsbeleid van de provincies. De Rekenkamer concludeert dat zowel de provincie Drenthe, als Fryslân en Groningen meer de regie zouden kunnen voeren op het verkeer en vervoer. Aan de andere kant heeft de Rekenkamer waardering voor het integrale kader waarin de drie provincies het mobiliteitsbeleid plaatsen.
Per provincie benoemt de Noordelijke Rekenkamer positieve elementen in het gevoerde beleid maar plaatst kanttekeningen bij andere elementen van het gevoerde beleid. De algemene conclusie is dat doeltreffendheid en doelmatigheid niet kunnen worden vastgesteld.

Vraaggericht jeugdzorgaanbod in de noordelijke provincies (rapport van Bevindingen)

De Noordelijke Rekenkamer publiceert in 2006 de resultaten van haar onderzoek naar de mate waarin de drie noordelijke provincies hun jeugdzorgaanbod hebben afgestemd op de vraag naar jeugdzorg. Dit naar aanleiding van de (destijds) nieuw in werking getreden Wet op de Jeugdzorg. In drie afzonderlijke onderzoeksrapporten zijn de bevindingen te lezen.
De Noordelijke Rekenkamer concludeert dat in alle drie de provincies het aanbod onvoldoende is afgestemd op de vraag. De perspectieven zijn echter positief. Zowel in de provincie Drenthe, als in Fryslân en Groningen zijn maatregelen ingezet om de situatie te verbeteren.